De afgelopen maanden stond het onderwijs voor evolutionaire veranderingen, die voorheen door velen in onderwijsland als een utopie klonken. Binnen een week, of soms een paar weken, kon iedere school en vrijwel iedere docent online lesgeven. Natuurlijk is de uitvoering per school verschillend, met op alle scholen goede en minder goede keuze, maar iedere medewerker werd binnen zeer korte tijd voor grote uitdagingen gesteld.
Hoe was dit nu voor de hoogbegaafde jongeren in mijn praktijk? Hoe hebben zij deze vernieuwingen ervaren?
De meeste jongeren geven aan dat ze het eigenlijk wel prettig vinden zo. Naast het ontbreken van de vele prikkels die ze in de drukkere klassen ervaren, vonden ze het meestal ook erg prettig meer vrijheid te ervaren in de indeling van hun werk. Hoogbegaafden hebben vaak wat moeite met autoriteit, met iemand die zegt wat ze op welk moment moeten doen. Dit kan tot problemen leiden op het werk, maar uiteraard ook op school. Nu was de autoriteit niet direct aanwezig en kregen ze meer eigen keuzes.
De jongeren die geen verplichte online lessen hadden, gaven aan dit wel te missen, maar degenen die elke les verplicht aanwezig moesten zijn, vonden dit vaak vervelend. Sommige docenten probeerden het gehele lesuur te vullen met een ellenlange uitleg, die online moeilijker te volgen is dan ‘in het echt’.
Wel liepen meerderen aan tegen het zelf moeten plannen van hun werk, het zelf bijhouden van wat ze moesten doen en op tijd beginnen met leren voor toetsen. Sommige scholen namen online toetsen af, voor een cijfer, andere scholen kozen voor weektaken die afgevinkt werden in Magister en weer andere scholen hadden geen registratiesysteem. Vooral de laatste variant werd als vervelend ervaren, de jongeren hebben deze ‘druk’ nodig om aan het werk te blijven.
Hoogbegaafden zijn erg goed in uitstellen, juist doordat ze snel kunnen leren en werken. ‘Dat komt nog wel…’. Als dan blijkt dat de opdracht tóch veel groter is dan ingeschat, dan slaat de stress toe…
Ik hoop dat het onderwijs deze vernieuwing aangrijpt om het onderwijs anders te gaan vormgeven door meer te kijken naar de individuele behoeften en ontwikkelingen, en minder naar de groep, naar de behoeften van het ‘gemiddelde’ kind.
Recente reacties